Grijze zandbij op paardenbloem.
De grijze zandbij is een van de grootste zandbijen. Het vrouwtje wordt 13 tot 15 millimeter lang. Het mannetje is kleiner en wordt 10 mm. De bij is zwart met een egaal lichtgrijze, donzige beharing over het gehele borststuk en kop. Het achterlijf is kaal en zwartglanzend. Het mannetje, dat duidelijk kleiner is dan het vrouwtje, lijkt een wit snorretje te hebben.
De bij heeft een vrij korte tong en bezit verzamelharen voor het stuifmeeltransport aan de achterpoten. De voorvleugels bezitten drie submarginale cellen en een zeer zwak gekromde basale ader die schuin van het midden tot aan de rand van de vleugel loopt. De soort vliegt van maart tot en met mei, met de piek halverwege april. Vanaf de tweede helft van mei worden ze niet meer waargenomen. Als voedsel wordt wilgenstuifmeel gebruikt; de zandbij is een soortspecifieke specialist. Hun vliegperiode is dan ook beperkt tot de bloeitijd van de wilgen. Iets later op het jaar haalt ze ook stuifmeel van paardenbloemen. De soort leeft in pioniersvegetaties.
Grijze zandbijen hebben geen angel en kunnen dan ook niet steken.
Lees meer
Reacties (6)
Vr.gr. Erie