'Eerste landdieren bewogen zich voort als zeehonden'

Verkeerd beeld
De onderzoekers maakten een reconstructie van de ruggengraat en het primitieve borstbeen door speciale röntgenfoto's te maken van drie fossielen van vierpotigen. De gefotografeerde fossielen zijn afkomstig uit de periode waarin de dieren voor het eerst uitstapjes op het land maakten.

Met een computeranalyse werden de kleinste details van de gefossiliseerde skeletten in kaart gebracht. Het resultaat suggereert dat de wetenschap tot nu toe een verkeerd beeld had van de ruggengraat van de eerste vierpotige landdieren.

"Meer dan honderd jaar lang hebben we gedacht dat de eerste vierpotigen wervelkolommen hadden die bestonden uit drie botdelen - één aan de voorkant, één daar bovenop en een set van twee botten aan de achterkant", verklaart onderzoekster Stephanie Pierce op Discovery News.

De nieuwe röntgenfoto's tonen echter aan dat het voorste bot - het zogenaamde intercentrum - juist aan de achterkant zat.

Voorpoten
De nieuwe ontdekkingen doen vermoeden dat dieren zoals de Ichthyostega bij een uitstapje op het land alleen hun voorpoten gebruikten om de rest van hun lijf vooruit te slepen.

Dit lijkt erg op de techniek waarmee zeehonden zich voortbewegen op het land. Zeehonden steunen op hun voorste vinnen om zich voort te slepen. 

"Het resultaat van deze studie dwingt ons om de schoolboeken over de evolutie van de ruggengraat bij vierpotigen te herschrijven", aldus Pierce.