Wat zijn de te verwachten effecten van de droogte op de Kampina voor het Gentiaanblauwtje in relatie (symbiose) tot de knoopmieren waarvan het afhankelijk is voor het voortbestaan?

Toelichting bron site Vlinderstichting:

Het gentiaanblauwtje zet haar eitjes af op de ongeopende bloemen van de klokjesgentiaan (Gentiana pneumonanthe). Hierbij hebben de vrouwtjes een voorkeur voor de hoogst gelegen knoppen van gentianen die boven de vegetatie uitsteken. Vanuit het ei vreten de rupsen zich na ruim een week een weg door de eiwand naar het vruchtbeginsel van de gentiaan. Hier verblijven de rupsen enige weken.

Na het verlaten van de gentianenknop laat de rups zich op de grond vallen. Onder gunstige omstandigheden wordt de rups nu door een knoopmier van het genus Myrmica geadopteerd. In Nederland en Vlaanderen betreft dit hoofdzakelijk de bossteekmier (M. ruginodis), maar de ruwknoopmier (M. scabrinodis) en de rode steekmier (M. rubra) zijn alternatieve waardmieren. Afhankelijk van de omstandigheden verblijven de rupsen tot de volgende zomer of een jaar langer in het mierennest. Uit een enkel mierennest kunnen tot wel 20 vlinders te voorschijn komen, maar meestal is het er een handvol.