De Kampina Gentiaanblauwtje
Wat zijn de te verwachten effecten van de droogte op de Kampina voor het Gentiaanblauwtje in relatie (symbiose) tot de knoopmieren waarvan het afhankelijk is voor het voortbestaan?
Toelichting bron site Vlinderstichting:
Het gentiaanblauwtje zet haar eitjes af op de ongeopende bloemen van de klokjesgentiaan (Gentiana pneumonanthe). Hierbij hebben de vrouwtjes een voorkeur voor de hoogst gelegen knoppen van gentianen die boven de vegetatie uitsteken. Vanuit het ei vreten de rupsen zich na ruim een week een weg door de eiwand naar het vruchtbeginsel van de gentiaan. Hier verblijven de rupsen enige weken.
Na het verlaten van de gentianenknop laat de rups zich op de grond vallen. Onder gunstige omstandigheden wordt de rups nu door een knoopmier van het genus Myrmica geadopteerd. In Nederland en Vlaanderen betreft dit hoofdzakelijk de bossteekmier (M. ruginodis), maar de ruwknoopmier (M. scabrinodis) en de rode steekmier (M. rubra) zijn alternatieve waardmieren. Afhankelijk van de omstandigheden verblijven de rupsen tot de volgende zomer of een jaar langer in het mierennest. Uit een enkel mierennest kunnen tot wel 20 vlinders te voorschijn komen, maar meestal is het er een handvol.
Log in om te reageren
InloggenNog geen account? Registreer je nu
Reacties (3)
De droogte baart de ecoloog zorgen. Niet omdat het nú zo droog is, hij ziet het probleem in een 'breder' perspectief. ,,We hebben het over structurele verdroging. Dat is de grote bedreiging. Als Natuurmonumenten kunnen we sloten dempen, vernattingsprojecten starten. Maar uiteindelijk willen we de verdroging van de natuur structureel verbeteren."
Uit recent onderzoek van de provincie blijkt dat we met zijn allen sinds de jaren vijftig veel meer water diep uit de grond zijn gaan halen. In Brabant staan zo'n dertig drinkwaterproductiebedrijven, tientallen industriële bedrijven en duizenden beregeningsinstallaties met eigen putten, die allemaal grondwater oppompen. ,,Het trekt het water weg onder de natuurgebieden."
LeembossenZie de natte natuur in de beekdalen, zegt Voorn. ,,Het is aan het verdwijnen in Brabant. Leemlagen in leembossen als De Geelders, De Brand en de Ulvenhoutse bossen krijgen scheuren en gaten. De druk van onderaf, van het grondwater, is weggevallen. In de leembossen zie je soorten verdwijnen. In de Loonse en Drunense Duinen zag je in de jaren tachtig in de winter watervlaktes staan. Nu niet meer. We zijn allemaal aan het lurken aan die grote bel. Kan het niet wat minder? Al levert de industrie inspanningen om grondwatergebruik te verminderen, bijvoorbeeld door water te recyclen."
Een oplossing zal niet eenvoudig zijn, beseft hij ook. ,,We hebben drinkwater nodig. De belangen voor bedrijven zijn groot. Het zal een hele lange discussie vergen, maar we moeten over de toekomst nadenken."
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Citaat uit: Brabants Dagblad 7 juli 2018. Bovenstaande is een onderdeel uit een artikel waarin met Peter Voorn (Ecoloog Natuurmonumenten) gesproken wordt over de zorgelijke ontwikkeling van Klokjesgentiaan en Gentiaanblauwtje in de Kampina. Genoemd wordt de huidige afgelopen zomer. Maar Voorn plaats het probleem in een groter kader. Dus al zou komend jaar/zomer minder droog zijn.....
Groet, Minke.
@ Joshua ja dit vraag ik mij ook af gaat/komt het wel goed dit/volgend jaar. Maar dan hier in het Buurserzand zelfde probleem er waren vroeg eitjes dit jaar en de Gentiaan was nog erg klein, die is nog even doorgegroeid heeft ook nog mooi in bloei gestaan zonder hemelwater. En het werd droger en droger ook de Gentiaan verdorde kon geen sporen vinden van (in) gegeten bloemknoppen in augustus (maar 1 duidelijk gaatje en dit kan ook van een spanner rups zijn). Hoop dat het weer volgend jaar anders is en we kunnen blijven genieten van die prachtige gentiaanblauwtje vr. groet Marijke
(Foto: spanner rups 2017)
Tja, de tijd zal het leren...
Ik wist van deze symbiose tussen bloem, vlinder en mier. De drie soorten hebben elkaar nodig en de biotoop. Wat klimaatverandering daar in betekenen zal, moet de toekomst uitwijzen. Er zullen andere soorten in de plaats komen. We hopen er maar het beste van! De natuur zit vol verrassingen en moeder aarde is een stoer wijf! Als wij maar niet zo’n eigenheimers waren....
gr. Ingrid