Onder een van de kelkbladen van de appelbloesem plaatst het vrouwtje haar zaagvormige legboor. Met haar legboor plaatst ze de eieren onder de epidermis van de bloembodem, tussen de meeldraden en stamper in. De eieren komen na 12-15 dagen uit als de temperatuur gunstig is. Het eerste larvestadium graaft zich een weg onder de epidermis van het vruchtbegin, waardoor op de appel het litteken ontstaat. In het tweede larvestadium graaft Hoplocampa testudinea zich naar het centrum van het vruchtbegin en blijft daar tot het derde stadium. Vaak laat de larve in het derde stadium het vruchtbegin achter en verplaatst zich naar een nieuwe appel, waar het zich een weg graaft naar het klokhuis. Af en toe wisselt de larve nog eenmaal van appel voordat het het einde van zijn larvestadium bereikt. In juni verplaatst de volgroeide larve zich naar de grond waar de cocon voor het popstadium wordt geproduceerd. Hierna gaat de larve in diapauze en blijft hier ten minste 2 tot 3 winters voordat het in dat voorjaar als een adult verschijnt. (Wiki)
Lees meer
Reacties (3)
Mooie foto!
Interessante info bij deze mooie foto !!!