Omschrijving: Een roodzwart achterlijf met witte vlekken, dat is het belangrijkste kenmerk van het vrouwelijk exemplaar, dat kort en gedrongen overkomt. Vrij grote ogen die groenig van kleur zijn. De antennes zijn zwartbruin. De op vilt gelijkende vlekken geven dit parasitair levend bijtje haar naam. Het mannetje mist de witte vlekken. Daar is het achterlijf meer oranje gekleurd met zwarte vlekken. Ook kenmerkend zijn de blauwgroene ogen. Op de hoge zandgronden kan ze veelvuldig aangetroffen worden, Brabant en Limburg zijn bekende plekken. Ze vliegt op diverse bloemen en heeft als gastheer de slobkousbij (Macropis europaea) en mogelijkerwijs ook de Bruine slobkousbij (Macropis fulvipes). Hier dus het mannetje. Gr. Jan
Lees meer
Reacties (3)
En de foto natuurlijk ook.
Vr.gr. Erie
Gr.hennyP.