Spuugbeest springbeest
Wereldkampioen door heupslot
De sprong van het spuugbeestje in vijf beeldjes van de hogesnelheidscamera (klik voor een vergroting). Op de bovenste twee beelden zijn de achterpoten nog onbeweeglijk op slot, en wordt de spierkracht opgebouwd. Op het middelste beeld, een halve milliseconde voordat het diertje loskomt van de grond, komen de achterpoten in beweging. Het vierde beeld laat de 'take-off' zien op het moment dat de achterpoten zich helemaal gaan uitstrekken. Op het onderste beeld, een halve milliseconde later, is die strekking voltooid (foto's Malcolm Burrows).
Vergeet de kangoeroe en de vlo. De nieuwe wereldkampioen springen is het spuugbeestje, dat met zijn zes millimeter lengte zeventig centimeter hoog kan springen. Dat is alsof een mens vanuit stand 210 meter hoog springt – bijna twee keer de Utrechtse Domtoren. Het diertje dankt zijn atletische vermogens aan poten die hij als een veer kan spannen.
Je ziet ze vooral in het voorjaar, en dan in elke tuin, in alle werelddelen. Er zijn maar weinig plantensoorten die het spuugbeestje uit hun takken en bladeren kunnen houden. Hun naam hebben ze te danken aan het schuim dat ze tijdens hun larvenstadium produceren, en dat eruit ziet als een verse klodder speeksel. Het schuim beschermt de diertjes tot ze eind mei volwassen zijn, en ze hun formidabele sprongkracht gaan tonen. Want wie een blad of stengel aanraakt waar een volwassen exemplaar op zit, verliest het diertje gegarandeerd uit het oog: het is te klein en te snel om het te kunnen volgen
Lees meer
Reacties (2)