urntjeswespen -foto 4 van 5-

Eerst was er 1 urntjeswesp, al gauw volgden nummer 2, 3 en 4.
Ze verzamelen een beetje zand/leem en maken daar een bolletje van. Dit bolletje gebruiken ze om een urntje te bouwen, iedere wesp zijn eigen urntje.

Toelichting:
Urntjeswespen zijn kieskeurig bij het bepalen van een nestplaats; ze nestelen graag op hardsteen maar ook cementen muren worden gebruikt. De leem of klei wordt in kleine laagjes aangebracht. Als het urntje bijna klaar is en een kleine opening heeft, wordt er een randje aan geboetseerd. Dit randje dient in een later stadium als houvast voor de poten bij het naar binnen proppen van de rupsen die ze vangt voor haar larve.
De volgende actie is het leggen van het eitje dat aan een steeltje bovenin het urntje hangt. Na enkele dagen komt hier het larfje uit, reden waarom de urntjeswesp direct na het leggen van het eitje op zoek gaat naar geschikte rupsen: spannerrupsen met de juiste afmeting. De urntjeswesp verdooft de rups zodat deze niet dood is en als vers voedsel dient voor de net uitgekomen larve.
Na de laatste rups begint ze met het verder afwerken van het urntje: de hals van het urntje wordt afgebroken en de opening dicht gemaakt. Ook nu is ze nog niet klaar want de buitenkant van het urntje wordt besmeerd met algen om de zichtbaarheid te verkleinen. De larve moet tot aan de verpopping [voorjaar] in het urntje vertoeven en uit het zicht blijven van de koolmees die in de wintermaanden op zoek gaat naar voedsel.
Bron: A. de Wilde