Kardoen is een distel die verwant is aan de artisjok en is afkomstig uit het Middellandse Zeegebied. De plant werd al vanaf de vierde eeuw v.Chr. door de Romeinen en de Grieken gegeten. In Zuid-Europa wordt de plant vandaag de dag nog steeds veel gegeten. De kardoen is in veel landen verwilderd en vormt dan een lastig onkruid. Hij komt verwilderd voor op de Argentijnse pampa's, in Californië en Australië, waar hij door zijn aanpassing aan het droge klimaat goed gedijt. De toppen van de bladeren zijn bezet met 1,5-3 cm lange starre gelige doorns. De onderste bladeren zijn gesteeld en de bovenste bladeren zijn zittend, donkergroen, aan de bovenkant met een kort vilt bedekt en aan de onderkant witviltig behaard. De wilde soort heeft stengels die bezet zijn met veel stekels. Er zijn cultivars ontwikkeld die minder stekels hebben. De kardoen bloeit van augustus tot september. De bloemen groeien met meerdere eindstandig aan de stengels. Ze zijn 4,5-6 cm lang en 4-5,5 cm breed en eirond. De bloemkleur is blauw, lila of wittig. De schutbladeren zijn eirond-lancetvormig en aan de punten gedoornd. De vruchten zijn 6-8 mm lange dopvruchten met 2,5-4 mm lange, veerachtige pluimen.
Lees meer
Reacties (6)
Prachtig vastgelegd en goede info !!
Heftige verschijning. --- mooie foto. - groet.
Mooie opname en goed verhaal. Gr.Dirk
Goed in beeld gebracht
Mooi hoor