Poelsnippen trekken hoog met sterk varierende hoogtes?????
Wat een raar verhaal over hoogvliegende vliegtuigen wegens zonnewarmte etc. Als een vogel met 60km per uur bij -20 vliegt is er een erg grote kans op bevriezing van poten of snavel , ogen en het slijmvlies van de voorste luchtwegen.
De werkelijke reden is waarschijnlijk vliegefficientie. Vliegtuigen vliegen niet op 10km hoogte vanwege de temperatuur maar vanwege de luchtdichtheid. Hoe hoger hoe minder de luchtdichtheid en hoe minder de luchtdichtheid hoe minder de weersrand. Des te lager dee weerstand des te lager de energie nodig om een bepaalde lucht snelheid te kunnen vliegen (true aispeed) en/of je je kunt met dezelfde energie productie een aaanzienlijk hogere snelheid bereiken en volhouden. De temperatuur en in mindere mate het zuurstofgehalte O2 presurre zal daarbij juist een beperkde factor zijn vboor de max hoogte en geen drijvende factor zoals in het interview totaal onjuist wordt gedebiteerd.
Verder neemt de windsterkte in de regel toe met de hoogte en ruimte deze met de hoogte. Op deze wijze kan de hoge trekvogel meer rugwind in zijn trekrichting op zoeken en zo wederom zowel treksnelheid maar vooral het energieverbuik nodig voor de trek aanzienlijk verder verlagen. Net als vliegtuigen doen.
Tip voor de onderzoeker: combineer het meten van luchtdruk met het meten van buitentemperatuur en evt lichaamstemperatuur vd vogels en je zult zien dat als je deze data naast de historische meteo data/weerkaarten op het 500hp vlak zet dat de vogels weliswaar op schijnbaar zeer wisselend pressure altitudes vliegen (luchtdruk) maar veel vaker op een vaste density altitude vliegen. (Hoogtebepaling middels Luchtdruk gecorrigeerd voor temperatuur)
Hoe zuidelijker des te warmer ook de bovenlucht hoe groter het verschil tussen density altitude en de gemeten pressure altitude.
Kunt u dit laten doorgeven aan de onderzoeker?
Tony X : piloot (ppl) en dierenarts en meteogek

Log in om te reageren
InloggenNog geen account? Registreer je nu
Reacties (1)
Beste Tony,
We hebben Raymond Klaassen om reactie gevraagd en dit is wat hij schreef:
Dat de Poelsnippen efficiƫnt vliegen door hoog te vliegen is iets dat we ons goed realiseren. Inderdaad behalen ze als ze hoog vliegen zeer hoge airspeeds. En deze hoge airspeeds dragen bij aan de snelle vlucht naar Afrika. Wind is hierbij niet de bepalende factor omdat deze vooral oost-west en west-oost waaien, waarbij ze maar vrij weinig van rugwind kunnen profiteren. Zo snel mogelijk vliegen is voor de Poelsnippen geen doel op zich, ze hebben, met name in de herfst, geen haast.
We hebben begrepen dat de Poelsnippen wel harder moeten werken (harder met vleugels slaan) om airborne te blijven in de ijle lucht. Daardoor is de totale energie die de vogels gebruiken om van A naar B te vliegen min of meer onafhankelijk van de hoogte waarop ze vliegen. Maar hoe die balans zit tussen hoger en dus sneller vliegen, maar daar meer energie kwijt voor te zijn, moeten we nog eens beter berekenen.
Het frappante is dat we zien dat de Poelsnippen overdag hoog vliegen en 's nachts lager. In de ochtend stijgen ze, en rond zonsondergang zakken ze weer een stuk. Het is dit jojo effect dat we proberen te verklaren. Vliegefficiƫntie kan dan niet de verklaring zijn, want dat zal overdag en 's nachts hetzelfde zijn op grote hoogte. Het enige echte relevante verschil is de zon, en dan met name radiatie. We denken daarom dat het daarmee te maken heeft.
Je zou temperatuur hier als een sturende of beperkende factor kunnen zien. Sturend in de zin dat de vogels te warm worden door straling van de zon, en daarom hogere luchtlagen opzoeken om af te koelen. Beperkend in de zin dat ze altijd proberen hoog te vliegen, maar dat dat 's nachts niet kan omdat het daar dan te koud is (omdat ze niet door straling zon worden opgewarmd). Voor mij zijn dit twee verwisselbare verklaringen.
Met dank voor de reactie!
Raymond Klaassen