Kale jonker

Aandacht voor een distel? Dat is toch onkruid, zo’n lastige vervelende prikplant die je liever niet dan wel hebt? Nee, het valt niet mee om als distel door het leven te gaan, je moet opboksen tegen vooroordelen en aannames. Veel mensen hebben niets met distels, net als brandnetels. Prikken doen ze inderdaad, maar je moet eens weten hoeveel insecten er van afhankelijk zijn. Tegenwoordig is het trendy om bijenmengsels te zaaien, bloemrijke akkerranden en natuurakkers aan te leggen. Prima, maar de echte insectenvrienden onder de planten zijn de distels.
Een van de meest opvallende distels is de kale jonker. Alleen de naam is al apart. Het bijvoeglijke naamwoord kaal heeft de plant te danken aan de wat magere stengel zonder bladeren. Het zelfstandige naamwoord jonker doet denken aan de vroegere betekenis: edelman. Kaal betekent berooid, dus een armoedig adellijk personage. Keek men in de tijd dat planten hun naam kregen ook al zo neer op de familie van de distels en zag men deze plant met z’n lege stengel als armoezaaier? De Latijnse benaming Cirsium Palustre is wel met zekerheid uit te leggen. Cirsium komt van het Griekse kirsos, dat gezwollen ader of spatader betekent. Vroeger werden distels als remedie daartegen gebruikt. Palustre duidt aan dat we met een moerasbewoner te maken hebben.
Net als andere distels trekken kale jonkers veel insecten aan. Voor vlinders als koninginnenpage en het bonte dikkopje zijn het waardplanten, maar ook ‘gewone’ vlinders als het bruin zandoogje bezoeken vaak kale jonkers. Daarnaast kun je ook andere insecten op de kale jonker aantreffen zoals keversoorten [waaronder een aantal boktorren en de zeldzame gouden tor], alle gewone hommelsoorten, een lange reeks zweef- en wapenvliegen en een handvol bijzondere wespvliegen. Kortom, zo’n armoezaaier is deze distel ook weer niet.
Bron: hetreestdal.nl